Blog
Geplaatst op vrijdag 29 augustus 2025 @ 12:31 door Calamandja , 11 keer bekeken
Ik heb een hoogst geschoold universitair medewerker ooit in ernst horen beweren dat “mystiek” etymologisch verwant zou zijn met “mistig”. Uitleg van het mystieke genre is derhalve, voor ik verder blog over de bijdrage van Beatrijs van Nazareth, vermoedelijk zinvol.
Eerst de term: “mystiek” komt van het Griekse mystikos, dat “verborgen” of “geheim” betekent. Mystici streven naar de versmelting van hun ziel met het goddelijke, het ultieme transcendente. Ze beschrijven deze unio mystica ook wel als de terugkeer van de ziel tot zijn essentie. Deze eenwording gaat gepaard met gevoelens van extase, diep geluk, absolute zingeving en absolute zekerheid.
Onderzoekers kunnen het verschijnsel wetenschappelijk bestuderen, zoals ze ook bijgeloof bestuderen, en ze kunnen getuigenissen vergelijken en daaruit conclusies trekken. Ze kunnen de fysieke component van de extase beschrijven. Het wezen van de extase doorgronden blijft echter zoiets als een blinde die probeert het clair-obscur van Rembrandt te doorgronden.
De officiële kerk heeft altijd wat tweeslachtig gestaan tegenover de mystiek. Enerzijds begrepen de geestelijken dat het ging om iets essentieels, anderzijds was mystiek oncontroleerbaar en kon ze tegen het leergezag ingaan. Meester Eckhart is door zijn natuurlijke dood maar net ontsnapt aan een kerkelijke veroordeling, terwijl zijn leerlinge Marguerite Porete overleed op de brandstapel.
De West-Europese mystiek is te verdelen in ruwweg vier stromingen:
Bij de Brabantse mystiek, ook wel “mystiek van de minne” genaamd, komt de godskennis tot stand doordat het subject een geestelijke liefdesrelatie aangaat met Jezus c.q. de Drie-Eenheid. Net als de menselijke liefde kent de geestelijke liefde diverse stadia. Ze is wederzijds en kent ook, zoals wel meer mystici beschrijven, een “nacht van de ziel” waarbij de geliefde onbereikbaar schijnt. Beatrijs heeft met de liefdesmystiek kennisgemaakt toen ze verbleef bij de Begijnen in Zoutleeuw.
De Brabantse mystici probeerden hun indrukken onder woorden te brengen in traktaten, brieven en andere geschriften. Men deden ze niet in het Latijn, maar in de toenmalige volkstaal, het Middelnederlands. Over het algemeen betreft het hierbij pareltjes die terecht tot de literatuur gerekend worden.
De bijdrage van Beatrijs betreft slechts één boekje, maar dat is wel het oudste complete proza dat in het Middelnederlands bewaard is gebleven. Frits van Oostrom besteedt in zijn Stemmen op schrift niet minder dan zestien pagina’s en gedeelten daarvan aan Beatrijs van Nazareth.
Het traktaat telt ongeveer 500 regels, heeft de titel Van seuen manieren van heileger minne en is in feite een zogeheten Liber Confortatorius: een soort wegwijzer in de mystiek voor kloosterlingen. Beatrijs schreef het werkje voor haar medezusters in de abdij Nazareth rond 1240, toen zij zelf, om zo te zeggen, het volwassen stadium had bereikt van de bruidsmystiek en kon optreden als geestelijke gids voor haar medezusters. Het werkje bezit daardoor een heel eigen mystieke terminologie, die specifiek is gericht tot haar eigen medezusters.
Het traktaat bevat de kern van de mystiek zoals Beatrijs die beleefd heeft. Ze schrijft over de opgang in de mystieke liefde (Godsliefde). Hierin onderscheidt ze zeven vormen (manieren) van opeenvolgende ervaringen: zuiverende liefde, dienende liefde, het onverzadigbare verlangen naar de volle liefde, de mystieke liefdesvreugde, de liefdesstorm, de zegevierende liefde en uiteindelijk de overgang naar de eeuwige liefde.
De eerste fase, de godsbeleving (minne), manifesteert zich allereerst als een intens, menselijk verlangen om meer en meer gelijk te worden aan Jezus Christus. De ziel van de mysticus of mystica ervaart een begeerte om God lief te hebben zoals Christus God heeft liefgehad. Deze eerste “manier” vormt de basis en het uitgangspunt voor de volgende fasen. Die dienen zich later aan, totdat in de voorlaatste fase de minne zegevierend regeert. In die zesde wijze wordt ervaren dat Christus in je woont, maar dit is nog niet de eindfase. Dat is de zevende fase, de eeuwigheidsdimensie: het begin van de deelname van Gods leven op aarde. Het is een persoonsoverstijgende liefde.
Deze mystieke route komt van de hand van Beatrijs zelf. Er zijn diverse andere routes naar dit punt in kaart gebracht, zoals het bekende rijtje purificatio, illuminatio, communio (zuivering, verlichting, vereniging), of De bestijging van de berg Karmel van Johannes van het Kruis of Het kasteel van de ziel van Theresia van Avila. Maar over onze “eigen” Beatrijs van Nazareth mogen we best wat chauvinistisch doen.
[Een postume gastbijdrage van de vorig jaar overleden Hans Overduin.]
Bron: Mainzerbeobachter.com
Je moet ingelogd zijn om een reactie te mogen plaatsen. Klik hier om in te loggen.
Reacties
Er zijn nog geen reacties geplaatst.